Op z’n Hollands
Veel ophef na de uitspraken van Wilders en de daaropvolgende gebeurtenissen in Deurne. Ik ga hier ook verder geen woorden aan vuil maken. Wat mij wel altijd heeft geboeid is dat veel mensen dingen roepen zonder na te denken over de consequenties. Ik woon net als veel van deze jongeren al mijn hele leven in Nederland. Regelmatig doen mensen in mij aanwezigheid uitspraken over ‘buitenlanders’ en roepen dan snel ‘ik bedoel jou niet hoor’. Als ik de moeite neem om er op in te gaan zeg ik meestal dat ik me allereerst absoluut niet aangesproken voel. Ook probeer ik duidelijk te maken dat ik, voor mensen die dezelfde uitspraken doen en mij niet kennen, wel gewoon onder die groep val. We zeggen dat we niet alles over een kam mogen scheren, maar het gebeurt wel, zolang we de mensen waar het om draait niet persoonlijk kennen. Dan hebben we het naar mijn mening weer over de vraag in hoeverre zijn we betrokken (zie artikel opvoeden doe je samen), in hoeverre geven en nemen we verantwoordelijkheid en waar schuiven we de verantwoording af? Zijn we betrokken als een kind te vroeg van school gaat, pest, dingen vernield of de criminaliteit in gaat? En dat geldt natuurlijk niet alleen voor de Marokkaanse jongeren maar voor alle groepen in alle lagen van de samenleving. Kunnen we nog leidend zijn voor de kinderen in onze omgeving?
Grenzen: (groei)pijn brengt groei
Ik zie en hoor om me heen de moeite bij opvoeders om kinderen te begrenzen. Ze willen hun kind het liefst alle pijn besparen en het doet ze persoonlijk pijn wanneer hun kind zich (hevig) verzet tegen een opgelegde grens. Ouders schieten een huilend kind al te hulp nog voordat het zelf leert te vragen om hulp. Maar juist door de angst om niet te begrenzen en een kind niet door schade en schande wijs te laten worden ontstaat er bij een kind veel onzekerheid en angst. Door ze te ‘redden’ voordat ze om hulp vragen wanneer ze zijn gevallen krijgen ze de boodschap mee niet verantwoordelijk te zijn wanneer ze hulp van anderen nodig hebben of om niet verantwoordelijk te zijn voor de consequenties van hun eigen gedrag. Als kinderen al vroeg worden beschermd tegen de gevolgen van onverantwoordelijk gedrag komen ze in de toekomst veel problemen tegen.
‘Kinderen hebben nog geen rempedalen, daar hebben ze ouders voor nodig’
Een mooie uitspraak van dr. Cloud en dr. Townsed uit het boek ‘Grenzen en kinderen’. We worden nu eenmaal niet geboren met het besef wat goed voor ons is en wat niet. Kinderen zijn kleine mensen die zichzelf nog niet goed kunnen beheersen en ze proberen iedereen naar hun hand te zetten. Ze hebben het voor hun ontwikkeling ook nodig om te kunnen protesteren, hun ongenoegen te kunnen uiten. Als opvoeder begin je met het aangeven van grenzen, zodat kinderen hun eigen en andermans grenzen leren kennen. Hoe duidelijker de grens, hoe veiliger en geliefder je kind zich voelt, want binnen de grens voelt een kind de vrijheid om eigen keuzen te maken. (Volmaakte liefde drijft de vrees uit 1 joh. 4:18)
In de toekomst
Het voornaamste doel van opvoeden is kinderen helpen een karakter te ontwikkelen waarmee ze zich in de toekomst goed kunnen redden. Een mooi voorbeeld uit het boek van ‘Grenzen en kinderen’ en wat ik zelf ook om me heen zie gebeuren: Een moeder vertelt dr. Cloud de kamer van haar 14 jarige zoon op Te ruimen. Dr. Cloud antwoordt: ‘Ik heb medelijden met zijn toekomstige vrouw.’ Het is goed om stil te staan bij de vraag: Als ik dit doorzet wat is dan de consequentie over 10 jaar voor mijn kind en voor zijn of haar omgeving? De boodschap die kinderen meekrijgen als ze bijvoorbeeld niet gecorrigeerd worden als ze door iemand heen praten: Alles draait om mij. Terwijl de boodschap juist moet zijn: De wereld draait niet om mij. Kwaliteiten zoals liefhebben, omzien naar de ander, verantwoordelijkheid voor eigen gedrag en eigen problemen zullen zich uiten in het karakter van een kind dat weet dat niet alles om hem of haar draait. Grenzen zijn voor de vorming van het karakter onmisbaar, maar ze kunnen alleen overgebracht worden als je zelf duidelijke grenzen hebt. Volwassenen met grenzenproblematiek hebben al vroeg in hun leven verkeerde patronen ontwikkeld, bijvoorbeeld door teveel te zorgen of juist door teveel te nemen. Het kost tijd om deze patronen te doorbreken. Maar je zult merken dat als je duidelijk grenzen kunt stellen de juiste mensen dichter bij je komen staan en andere, die misbruik van je willen maken, nemen afstand. Ik heb persoonlijk hard moeten werken aan mijn grenzen, maar ze zijn onmisbaar om te groeien.